Discussielijst programma van eisen EU-grondwet

In dit werkdocument denken we na over wat er in een EU-grondwet zou horen.

 
• Een EU-grondwet moet democratisch zijn. Dit betekent dat de mensen eindsoeverein zijn. Hoe meer lagen er zijn waarin de mensen gerepresenteerd worden (representatie van de representatie van de representatie), hoe minder de soevereiniteit van mensen gewaarborgd is.

• Een EU-grondwet moet een klip en klare grondwet zijn, geen combinatie van een grondwet en stroomlijning van voorgaande verdragen. Dit is om zijn inhoud precies te kunnen begrijpen (waar regelgeving en organieke wetgeving van worden afgeleid) en om maximaal jurisprudentie te kunnen vermijden. Immers niet de wet, maar wij zijn de mensen.

• Een EU-grondwet moet begrijpelijk zijn en in dienst van ons staan door begrijpelijk te zijn.

• Een EU-grondwet is politiek neutraal, dat wil zeggen géén partijprogramma van het een of ander (neoliberalisme bijvoorbeeld).

• Een EU-grondwet is veranderbaar. Niet te snel en door de waan van de dag, wel snel genoeg om bij de tijd te blijven, maar zeker niet een blok aan ons been van nog 50 jaar.

• Een EU-grondwet beschermt tegen de willekeur van overheden.

• Een EU-grondwet beschermt tegen tirannie door een scheiding van machten (uitvoerende macht, wetgevende macht, en rechterlijke macht).

• We willen een democratie met participatieve democratie. Zoals het budgetteersysteem in Porto Alegre in Brazilië.

• Bindende referenda houden in dat het beslissingsmandaat weer terug bij de mensen is. Het kan niet zo zijn dat later de representatie van de mensen zegt (die dus zeg maar door de mensen ingehuurd is): doe dat referendum maar opnieuw – net zolang tot het ‘juiste’ antwoord gegeven is (het juiste antwoord volgens wie dan?).

• We mogen best lui zijn of het te druk hebben om ons met politiek te bemoeien. Het gaat er om dat we het recht hebben om direct mee te beslissen over onze leefomgeving.

• Beslissingen moeten niet alleen door ambtenaren en het bedrijfsleven maar ook door burgers beïnvloed kunnen worden. Veel van deze besluiten raken ons immers direct.

• Een EU-grondwet houdt rekening met globalisering. Dit betekent dat het denkbaar moet zijn dat ook landen die niet behoren tot wat vroeger ‘Europa’ heette, lid van de EU kunnen worden.

• Een EU-grondwet houdt er rekening mee dat we een netwerksamenleving worden en/of al zijn. Een verticale structurering van wijk → stad → provincie → land → EU → de wereld, dat wil zeggen gebaseerd op waar we wonen, gaat daarom maar gedeeltelijk op. (Nader uit te werken.)

• In de EU-grondwet moet opgenomen zijn dat de computers en software van overheden open source moeten zijn, zodat geen torenhoge licentiekosten van onze belastingcenten betaald worden en we niet afhankelijk zijn van grote marktpartijen (die door hun natuur van marktpartij tegen-democratisch zijn). En zodat we onze kennis kunnen uitwisselen met arme landen die ook gratis open source technologie kunnen downloaden.

• Digitaal stemmen moet controleerbaar zijn.

• Directeuren of topmannen worden trendsetter in het weigeren van honoraria die de schappelijkheid overstijgen. (Dit betreft de morele grens van vrije marktwerking.)

• Een keuze maken tussen meerpartijensysteem en personificatie van het kiesstelsel. We kunnen toewerken naar een meritocratie, dat wil zeggen de juiste personen op de juiste plaats (zolang dat niet de nieuwe elite wordt die andere groepen uitsluit).
Bijvoorbeeld het nieuwe kiesstelsel in Hamburg is al heel wat meer verpersoonlijkt en ook superdemocratisch. Maar zolang dat niet zo is mogen mensen die als lid van een partij verkozen worden, zich niet als ze eenmaal in het parlement zijn van die partij afsplitsen om vervolgens als ‘onafhankelijk’ volksvertegenwoordiger aan te blijven. Het is (in Nederland) raar dat Geert Wilders kon aanblijven. En de LPF (Lijst Pim Fortuyn) sneed zich los van haar achterban en bleef vervolgens doodleuk zitten. We maken ons zorgen over zulk soort gedoe – we weten maar al te goed hoe indertijd Hitler aan de macht kwam door staatsrechtelijk gejongleer.

• Democratie in de Grondrechten van de mens opnemen.

• Een EU-grondwet zal door haar overkoepelende natuur de nationale grondwetten overstemmen. Dit betekent dat een EU-grondwet meer democratie moet inhouden ten opzichte van de nationale grondwetten, niet evenveel of minder democratie. Als consequentie daarvan accepteert een EU-grondwet de nationale soevereiniteit van de lidstaten, behalve op het gebied van de democratie. Op democratisch gebied zouden instrumenten voor het nemen van beslissingen gebruikt moeten worden die erkennen dat de mensen eindverantwoordelijk zijn voor het welzijn van hun wijk, stad, provincie, land, EU en de wereld.

• Zolang er handel is, is er geen oorlog. Dit was de logica achter de Kolen- en Staalgemeenschap van 1951; het begin van het Europese Project dat gebaseerd was op ‘Nooit Meer Oorlog’. Om deze reden is de idee van handel niet erg, want de EU heeft zich inderdaad onder de paraplu van de handel kunnen ontwikkelen. Maar: we hebben ook gezien hoe naakte handel gevaarlijk voor onze planeet is. Om deze reden zijn het precies de democratische instrumenten die de balans bepalen tussen handel enerzijds, en bescherming van het milieu anderzijds.

• Of God de Aarde wel of niet geschapen heeft, is alleen van belang voor bepaalde groepen mensen. Maar wat voor ons allemaal van belang is, is dat we zorg voor de Aarde hebben.

• We voelen ons in gevaar gebracht door mensen die bereid zijn hun leven voor hun zaak op te offeren en die daarin ook bereid zijn de levens van ons en onze familieleden op te offeren. Onze roep om bescherming is daarom iets dat we moeten respecteren. Maar: we zijn getuigen geweest van verschillende plekken over de wereld en ook hebben we in de literatuur gelezen wat er gebeurt als we onze eigen soevereiniteit en onze individuele verantwoordelijkheid als medeburgers (van hen die bereid zijn levens te offeren) overgeven aan degenen van wie we bescherming vragen. Daarom zijn het de democratische instrumenten die de balans bepalen tussen naakte bescherming enerzijds, en onze bereidheid ons best te doen voor echte integratie anderzijds.

• Met echte integratie bedoelen we ook echte integratie van hen die zwakker dan ons zijn, want we erkennen onze gelijkheid door democratische gelijkheid.

• We koesteren onze Koningshuizen want zij geven ons identiteit en waardigheid. Maar: door hun historie zijn zij tegen-democratisch. Daarom accepteren we leden van onze Koningshuizen als goede bijdragende medeburgers, maar het instituut Koningshuis mag geen rol spelen in de democratische besluitvormingsprocessen.

• Ons niveau van democratie zegt hoe volwassen wij zijn als verantwoordelijke burgers. Want als je meer mag meebeslissen heb je ook meer verantwoordelijkheid. Als er toch gewedijverd moet worden met de rest van de wereld, dan moet het zijn in ons niveau van democratie – zoals besloten lag in het Europese Project.

• Dat Allah, God, Jahweh, Jehova, … met ons mag zijn in onze identiteit van echte democratie.